Hoe het ooit begon... en verder ging...
Hier neem ik jullie mee terug in de tijd. In chronologische volgorde laat ik jullie meebeleven hoe de karpervisserij zich heeft ontwikkeld en hoe ik die ontwikkelingen heb beleefd.
1976
Als ventje van een jaar of 8 krijg ik mijn eerste bamboehengeltje en
dobbertje. Het hengeltje is allang verdwenen maar het dobbertje is
altijd bewaard gebleven. Ontelbare baarzen hebben dit dobbertje van
de onderkant gezien.......
1980
Op 12 jarige leeftijd kom ik voor het eerst in aanraking met de karper. Op een priveputje zwommen flinke vissen die het overgebleven brood na onze visdag gulzig van de oppervlakte plukten. Niet veel later ving ik mijn eerste karpers aan een broodkorst. Vissen van een kilo of 4 maakte toen grote indruk en ik besloot steeds gerichter op dit putje de karpers te bevissen; de fascinatie was gewekt!
De daaropvolgende jaren maak ik de ontwikkeling mee van de deegbal op basis van roggebrood en schapenbix. Ik breng heel wat uurtjes door in de keuken van mijn neef en mag ook vaak met hem naar de waterkant. Hier leer ik ook de nadelen van de deegbal goed kennen als regelmatig bij een beet de bal uit de bek van de karper wordt getrokken. In deze tijd baart de vangst van een 24 ponds spiegelkarper op de visvijver van Best opzien. Deze vis die ik aan de waterkant werkelijk heb gezien maakte grote indruk. Tegelijkertijd had ik ook het idee dat dat voor mij nooit zou zijn weggelegd ………
1987
In 1987 maakte ik kennis met een pas geopende zandopgraving enkele
kilometers bij ons vandaan. Aanvankelijke viste ik er met mijn
swingtiphengel. Regelmatig werd de dunne onderlijn geteisterd door
een karper. Een kleinere vis van een pond of 6 kan nog wel gevangen
worden, maar vaak werd alles kapot getrokken. Ik besloot de stoute
schoenen aan te trekken aan voor het eerst gericht op karper te gaan
vissen. Een avond van te voren enkele blikjes mais gevoerd en de
volgende morgen vol goede moed terug naar de plas.
Op 7-8-1987 om 6.15 uur ving ik zo mijn eerste mooie karper van de plas. Met bijna 11 pond was ik de koning te rijk.
Steeds vaker ving ik op de plas karpers op deze manier.
1989
Ook op de gracht in Best zwommen mooie vissen. Als het warm weer was
werd na schooltijd de fiets gepakt en gekeken waar in de gracht de
vissen te vinden waren. Als dat gelukt was werd er bij de bakker
snel een brood gekocht en werd en tot in het donker gevist.
Op de foto’s zijn 2 van de mooiste vissen van die tijd te zien. Schubkarpers tussen de 12 en 16 pond, gevangen op een simpele broodpluim.
Hoewel de boilie ook zijn intrede had gedaan bleef ik vissen met licht schuiflood en lichte wakers. De foto is gemaakt in 1 van de baaien van de grote zandwinningsplas
1991
De karper wordt steeds meer een studieobject; ik lees alles wat los
en vast zit over de karper, ook leg ik mijn eigen visbibliotheek aan.
Op deze manier steek ik een heleboel theoretische kennis op. Ik
moest en moet wel altijd het nut van vernieuwingen inzien voordat ik
ze ga gebruiken. De foto’s laten het paaifestijn op de plas zien.
1992
Na een aantal jaren op de plas doorgebracht te hebben besloot ik,
mede omdat er aan de plas in mijn auto was ingebroken, mijn geluk
elders te gaan zoeken . Zo kwam ik terecht op de Vlasroot. Een mooie
plas aan de rand van een natuurgebied
De door mij op de plas gebruikte aassoorten mais en boilies, werden nu vervangen door spul wat kant en klaar in een Eindhovense hengelsportzaak werd verkocht. Het waren kikkererwten. Op de foto zijn de eerste 2 vissen te zien de ik kort na elkaar met dit aas wist te vangen.
In de jaren die volgenden heb ik enkele honderden karpers op dit superaas gevangen.
1994
Nog steeds op de Vlasroot ga ik voor het eerst ’s winters vissen.
Helemaal alleen aan het water in soms barre weersomstandigheden.
Op de foto 2 schubkarpers die ik 5 minuten na elkaar ving eind januari. De kleinste van de 2 moest ik met de hand landen omdat de grote al in het schepnet zat; lichte paniek………
In de late zomer van dit jaar maakte ik kort kennis met de “Tangkoel” in Blerick. Ik gebruikte inmiddels naast kikkererwten een tweede prima particle; de tijgernoot. Met dit nootje wist ik binnen anderhalf uur bij mijn eerste sessie de grootste vis van het water te vangen, een schubkarper van ruim 17 pond.
In de winter van dit jaar vond een tuinder het nodig afvalwater met gif te lozen in dit prachtige plasje met massale vissterfte als gevolg.
1995
In dit jaar maak ik kennis met een oude plas in Geldrop. Ik vis er
bijna de hele zomer alleen en vang met particles en boilies veel
vissen. Het formaat ligt tussen de 10 en 18 pond. Er schijnen ook
grotere vissen te zwemmen die heb ik echter nooit mogen vangen . Op
de foto een fraaie snoek uit Geldrop, met zijn 96 cm de grootste die
ik tot nu toe mocht vangen.
Een fenomeen dat ik in de loop der jaren vaker ben tegen gekomen: de eerste vis in het voorjaar hoort vaak bij de grotere vissen in het water.
Een fraaie schubkarper van begin april uit Geldrop op bijna 17 pond.
1996
Ik ben weer terug aan de plas, dit water blijft
me toch trekken. Hoewel
bijna iedereen al met vastloodsystemen vist blijf ik stug doorgaan
met schuiflood. De afstanden waarop ik vis worden echter steeds
groter en na een aantal gemiste aanbeten besluit ik ook een
vastloodmontage te gebruiken, omdat ik de rek van het nylon verdenk
van de missers. Toeval of niet maar de eerstvolgende beet is het wel
raak en ik vang ik deze schubkarper van 16 pond. Ik besluit op
langere afstanden (meer dan 40 meter) voortaan vastlood te gebruiken.
Het kanaal stroomt vlakbij en hoewel er mooie vissen zitten zijn we nooit vrienden geworden.
Terug aan de plas; harde zuidwester op de kant betekent vaak actieve vissen, zoals deze schubkarper van ruim 15 pond. Gevangen op zelfgemaakte boilies die superieur bleken t.o.v de fabrieksboilies.
1997
Ook in het buitenland zwemmen karpers. Een tweedaagse trip naar
Duitsland leverde deze 2 mooie vissen op, beiden op ongeveer 16
pond.
Na ruim 10 jaar gericht op karper vissen lukt het dan eigenlijk. Op een heel lastig water komt tijdens een avondsessie deze schubkarper in mijn net. 84 cm , bij 20.6 pond.
1999
Ik kom er maar weinig, maar in dit water zwemmen fraaie vissen. Met
name de graskarpers groeien er uit tot echte kanjers. De vis op de
foto is niet meer dan een degelijke middenklasser met zijn 19 pond.
Al gedurende enkele jaren bevis ik de Kempense Plassen in Veldhoven. Er wordt erg standaard gevist met vastlood en boilies. Vissend met particles kun je hier hele gekke dingen beleven, met als uitschieter een ochtendsessie met 19 (!) runs, waarvan er overigens 14 werden gevangen. Op diezelfde ochtend waren er nog 3 andere karpervissers die samen 1 vis vingen. De grootste vis van het water is te zien op de foto, een fraaie schubkarper van 90 cm , bij een gewicht van 26 pond. Deze vangst betekende dat ik de uitdaging op dit water verloor en er nog slechts af en toe kom.
2000
Toch weer terug op de plas, dit water wordt weer steeds meer mijn
thuiswater. De vissen groeien er niet snel meer wel gestaag. Ik ving
er in betrekkelijk korte tijd 3 vissen die op een paar honderd gram
na de twintig pond haalden. De vis op de foto is een van hen, op
19.7 pond
2001
Af en toe toch even naar een ander watertje, in
Oirschot. Dit plasje kent een
behoorlijke dressuur. Met afwijkende tactieken komen er toch de
nodige vissen in het net. Deze plas herbergt opvallend veel
prachtige spiegels. Het formaat is voor mij dan een stuk minder
belangrijk. Op de foto zo’n spiegel van 14 pond.
2002
Na 15 jaar zijn we weer terug op het water waar het in 1987 allemaal
begon. Het weer was opvallend mild midden in februari. Het leverde
mij een onvergetelijke carnavalsvakantie op. Met als hoogtepunt deze
schitterende spiegelkarper van 26 pond.
2003
Het is nu maart 2003. Na een hele winter tevergeefs aan de plas te
hebben doorgebracht hoop ik dat het voorjaar mij wederom kennis laat
maken met "B". De geschiedenis van deze bijzondere spiegelkarper
vind je hier........ Je komt daarna weer
hier terug om verder te lezen.
Inmiddels heeft zich een nieuwe 20+pond spiegelkarper aangemeld. Misschien kan deze de plaats van "B" gaan innemen.
2004-2005
In deze periode kwam het (karper)vissen
op een lager pitje te staan. Vooral het feit dat mijn vaste vismaat
zich ging toeleggen op het wedstrijdvissen
en nog maar af en toe mee ging karperen, maar zeker ook de
steeds toenemende drukte aan de viswateren waar ik graag kwam, zorgde
ervoor dat ik steeds minder aan de waterkant te vinden was.
Zo af en toe werd er wel een
mooie vis gevangen, zoals onderstaande schubkarper van precies 20
pond. Deze slanke vis was 90 cm lang. Op dezelfde dag ving mijn
vismaat op een betaalwater in Normandië ook een karper van 90 cm,
deze vis woog ruim 50 (!) pond…………………………………….
Op de plas waar mijn
karperavonturen begonnen kom ik nog heel af en toe, gelukkig weet
ik er soms nog een mooie karper
te vangen zoals onderstaande volschub van 18 pond.
2006-2010
Het gedoe rondom het
karpervissen, maar ook de publicaties over het vissen op de grote
rivieren deed mij besluiten om eens aan de Waal bij Zaltbommel
en Haaften te gaan kijken.
Ik wilde weleens een mooie
barbeel vangen. Al bij de tweede poging ving ik in Haaften een mooie
barbeel van ruim 70 cm. Dit was een prachtige vis, maar de rust en
de fraaie natuur deden mij nog veel meer genieten van het vissen op
de rivier.
Prachtige ochtenden maakte ik
mee met gemiddeld zo rond de 25 vissen aan de feederhengel. Het
leuke is dat je nooit
weet wat er in de Waal gevangen wordt. De diversiteit aan vissoorten
neemt alleen maar toe. Maar vooral het ongerepte rivierenlandschap
deed mij enorm genieten.
GENIETEN!!!!!!
In 2008 ving ik in Zaltbommel
mijn eerste roofblei, Jan was er die ochtend bij en maakte
onderstaande foto.
Ook werden er steeds meer
vissoorten gevangen die eigenlijk in Zuid-Oost Europa hun oorsprong
hebben. 1 van deze vissoorten zorgde voor een primeurtje; ik bleek
de eerste die deze Pontische stroomgrondel meldde bij Sportvisserij
Nederland.
Later heb ik zo ongeveer de hele
grondelfamilie gevangen.
Pontische
stroomgrondel
Kessler
grondel
Zwartkopgrondel
Ook een mooie bijvangst was de
toen redelijk zeldzame Blauwneus
Le Val Doré (deel 2)
Hoewel ik in deze periode vooral
op de rivieren vis, komt er toch nog een vervolg in Frankrijk met
Ruud. In de carnavalsweek vissen we er een midweek, met zeer
wisselende omstandigheden: regen, wind, vorst, zon... alles hebben we
gezien.
Ruud wist een paar mooie
winterkarpers te vangen van rond de 20 pond, ik ving alleen een
steur van ongeveer een meter lang. Toen toch vooral een troostprijs,
achteraf was ik er toch wel blij mee!
Behalve de Waal trekt de rivier
de IJssel ook heel erg, vooral omdat daar toch de beste
barbeelvangsten worden gedaan. Na een eerder mislukte poging ga ik
samen met Ruud in 2010 nog eens terug. We installeren ons tegenover
Deventer en beleven er een prachtige ochtend met o.a. 3 barbelen
voor mij. De grootste van de 3 was 62 cm en gaf geweldig sport!
2011
Het bloed kruipt toch….
Ik besloot er aan de gang te
gaan met een nieuw merk boilies en bijbehorende producten.
In de maanden die volgden wist
ik een 15 tal mooie karpers te vangen in even zo veel sessies. Er
zaten inderdaad prachtige spiegelkarpers bij, allemaal rond de 16-18
pond.
Wat een
plaatje van een spiegelkarper!!!
Heel verrassend wist ik ook een
fraaie 21 ponds schubkarper te vangen, maar het mooiste moment moest
nog komen………………..
De 21 ponds schubkaper.
14 juli werd niet alleen in
Frankrijk een speciale dag. Het was een dag met donder en bliksem,
letterlijk en figuurlijk!
Na een hele fikse onweersbui
kreeg ik een rustige aanbeet, na een vrij korte dril lag de grootste
karper die ik ooit gevangen heb op de mat. Een puntgave vis van 93
cm en ruim 27 pond!!!!!
Nadat ik op dit mooie water 2
vissen voor de 2e keer ving besloot ik daar te stoppen
met het vissen op karper. In de zomermaanden is er op deze plas een
flinke karpersterfte. Een kleine 40 karpers leggen het loodje. Of
mijn recordvis deze sterfte heeft overleefd is onbekend.
SNOEK!!!!!!!
Als klein ventje wist ik ooit
eens een snoek van 92 cm te vangen, al sinds die tijd bestaat het
verlangen ooit eens een snoek van meer dan een meter te vangen. Al
weer ruim 15 jaar geleden kwam ik in de buurt met een mooie vis uit
Geldrop. Deze vis was 96 cm.
De laatste jaren heb ik me meer
verdiept in het vangen van grote snoeken, vooral het vissen met
doodaas sprak me aan. Mijn eerste pogingen waren vorig jaar niet
succesvol geweest.
Toch was de plas in Geldrop nog
steeds een goeie optie, maar ook de plas bij ons in de buurt
herbergt enkele flinke snoeken. Ik heb ondertussen kennis gemaakt
met Chris. Hij blijkt erg enthousiast en wil graag allerlei vormen
van de hengelsport onder de knie krijgen. Samen gaan we dan ook in
de Kerstvakantie op pad naar Geldrop om opnieuw met doodaas een
poging te wachten.
Eindelijk succes!
Na door diverse mensen scheef te
zijn aangekeken omdat ik ’s avonds een zak sardines aan het
ontdooien was blijkt deze manier van vissen dus toch te werken. In
bijzonder stormachtig weer weet ik in Geldrop een paar mooie vissen
te vangen, waarvan de grootste 85 cm is.
Een leuke vis, gevangen op een
manier waarin ik vertrouwen had, geeft veel voldoening. Maar ja nog
steeds geen meter+ snoek…………………………..
Ook op de plas vlakbij had ik al
een aantal dappere pogingen gedaan, maar het wilde in december
helaas niet lukken.
2012
De eerste weken van 2012 waren
nog erg zacht, daarom bleef ik met doodaas aan de slag bij ons in de
buurt. Uiteindelijk kwam een lang gekoesterde droom dan toch uit!!
In verband met een viswedstrijd moesten we improviseren en besloot
ik op een, in de zomer dichtbegroeid, plasje in de buurt een poging
te wagen. Een gouden zet, bleek achteraf.
Na ongeveer 1 ½ uur kreeg ik een
hele rustige, aarzelende beet.
Ik pak de hengel en wacht even
af, de dobber beweegt af en toe en ligt vaak plat op het water, toch
maar aanslaan…..
Ik verwacht een kleinere vis,
wat een inschattingsfout!
Een absolute droomvis heeft mijn sardine verorberd. Geniet
van onderstaande foto’s
Het meetlint gaf aan 118cm en de
weger bleef staan op 29.2 pond!
Inmiddels zijn de plannen voor
dit visjaar alweer gemaakt, er schijnen op het water behalve grote
snoeken ook enkele mooie karpers te zwemmen…………………..